Concurrentiepositie van luchtvracht op Schiphol: de verwevenheid van luchtvrachtoperaties
Dramatische dalingen luchtvrachtvervoer
Het luchtvrachtvervoer op Schiphol laat ten opzichte van 2007 dramatische dalingen zien in termen van het vervoerde tonnage. Tegelijkertijd zet advies van Alders voor de ontwikkeling van Schiphol tot 2020 in op selectieve mainportontwikkeling. Volgens Alders passen in het geval van schaarste in luchthavencapaciteit vrachtverkeer en leisure verkeer als eerste niet meer bij een selectief gebruik van mainport Schiphol. Omdat full-freighters op Schiphol met 4% van de vliegbewegingen verantwoordelijk zijn voor 17% van de geluidsproductie zou hier een grote milieuwinst te bereiken zijn. Een eventueel selectiviteitsbeleid luchtvracht zal verder worden uitgewerkt in de Luchtvrachtnota van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.
Verwevenheid van luchtvrachtoperaties
Onduidelijk is echter hoe groot de verwevenheid van luchtvrachtoperaties is. Met andere woorden, hoe groot is de verwevenheid tussen de passage-operaties en vrachtoperaties op Schiphol en de vrachtoperaties onderling? Hoe groot zijn de inefficiënties voor vervoerders, expediteurs en verladers van het scheiden van volledige vrachtoperaties en belly-vracht? Wat betekent dit voor de concurrentiepositie van luchthaven Schiphol en de maatschappelijke welvaart in het algemeen? Airneth, het wetenschappelijk kennisnetwerk luchtvaart, organiseert over dit thema een middagseminar onder leiding van voorzitter Frits Bisschop. Het doel van de bijeenkomst is de verwevenheid van vrachtoperaties op Schiphol in kaart te brengen tegen de achtergrond van de mondiale luchtvrachtontwikkeling. Kennislacunes en beleidsimplicaties zullen worden geïdentificeerd.
Sprekers/panelleden zijn:
- Niall van der Wouw, Seabury
- Kees Verweij, TNO
- Hans Messelink, ACN
- Trientsje Glasstra van Loon, Districon
- Evy Onghena, Universiteit van Antwerpen
- Chong Choy, KLM Cargo
Voorzitter van de dag is Frits Bisschop (Districon).